Neerslagtekorten2020
Re: Neerslagtekorten2020
Ik vraag me af of er werkelijk nog een neerslag tekort is. Als ik het kaartje van het KNMI. bekijkt schieten de tranen in je ogen. Dat moet alles verdroogd zijn en het nooit meer goed kunnen komen. Vanmorgen wilde ze bij ons voor de deur nieuwe leidingen trekken, maar dit kon niet want er moest eerst water onttrokken worden. ZO HOOG IS HET GRONDWATER in Woudenberg.
Re: Neerslagtekorten2020
Die kaart klopt ook niet. Op het moment dat het knmi begint met rekenen was er al veel verdampt. April en mei viel er nauwelijks neerslag dus er viel weinig te verdampen. Zie de harde droge grond terug. Toen de omslag kwam naar natter weer ging ook de verdamping omhoog ondanks minder zonuren. Ik schreef laatst al dat die kaart statisch is. Er zijn nog wel droge gebiedenDick schreef: ↑14-07-2020 19:31Ik vraag me af of er werkelijk nog een neerslag tekort is. Als ik het kaartje van het KNMI. bekijkt schieten de tranen in je ogen. Dat moet alles verdroogd zijn en het nooit meer goed kunnen komen. Vanmorgen wilde ze bij ons voor de deur nieuwe leidingen trekken, maar dit kon niet want er moest eerst water onttrokken worden. ZO HOOG IS HET GRONDWATER in Woudenberg.
Re: Neerslagtekorten2020
Gerben bedankt voor je uitleg.
Re: Neerslagtekorten2020
Verdamping is complexer dan men denkt. Zo wordt ook verdamping door planten meegenomen. Wortelen ze diep en met genoeg zuigkracht kunnen ze nog volop water gebruiken en verdampen ondanks dat het al weken droog is. Ook dat wordt door het KNMI meegenomen. Zie uitleg hieronder.
Achtergrondinformatie doorlopend potentieel neerslagoverschot
Het KNMI houdt niet alleen bij hoeveel neerslag er valt, maar ook hoeveel vocht verdwijnt: de verdamping.
Het KNMI publiceert kaarten van het doorlopend potentieel neerslagoverschot (in millimeters). Het doorlopend potentieel neerslagoverschot wordt verkregen door het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid gevallen neerslag en de berekende referentiegewasverdamping. Dit verschil wordt dagelijks gesommeerd in het tijdvak van 1 april tot en met 30 september. Een negatief getal geeft een tekort aan, een positief getal een overschot. Een kaart met het langjarige gemiddelde (1981-2010) van het neerslagoverschot in het vergelijkbare lopende tijdvak is beschikbaar.
Achtergrond
Het KNMI houdt niet alleen bij hoeveel neerslag er valt, maar ook hoeveel vocht verdwijnt: de verdamping. Uit kale grond verdampt weinig, anders is dat op begroeide terreinen waar plantenwortels vocht onttrekken. De beschikbare hoeveelheid vocht hangt af van het verschil tussen de neerslag en verdamping. Het is niet eenvoudig om de verdamping te meten, omdat ook de planten zelf een rol spelen in het verdampingsproces. Op dagen met hoge temperaturen en veel zonlicht zijn planten in staat hard te groeien en is er veel water nodig. Vlak na regen kunnen planten die groei ook realiseren, maar zodra meer zuigkracht nodig is om water uit de grond op te nemen, wordt de aanvoer van vocht geremd en vermindert de groei. Met de afname van de groei neemt ook de snelheid van de verdamping af.
Het KNMI hanteert het begrip 'referentie-gewasverdamping'. De referentiegewasverdamping is gebaseerd op een rekenmethode en wordt in belangrijke mate bepaald door de hoeveelheid zonnestraling en de temperatuur. Door dagelijks het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid neerslag en de berekende verdamping en vervolgens dit getal te sommeren over het seizoen wordt het 'doorlopend potentieel neerslagoverschot' verkregen.
Het doorlopend potentieel neerslagoverschot is gebaseerd op de neerslagmetingen die dagelijks worden verricht op de KNMI-neerslagstations en de referentiegewasverdamping die wordt berekend voor alle KNMI-stations die zijn uitgerust met een stralingsmeter. De neerslagaftappingen vinden 1 maal daags plaats om 10.00 uur lokale tijd. Waarnemers geven de gegevens daarna zo spoedig mogelijk door via een voice-response systeem. De kaart wordt gedurende de dag enkele malen geactualiseerd op basis van de binnengekomen neerslagaftappingen.
Neerslagtekort / Droogte
Gemiddeld over 13 stations in Nederland wordt gedurende dezelfde periode ( 1 april tot en met 30 september) het neerslagtekort berekend. Een grafiek toont het verloop in de tijd van het gemiddeld neerslagtekort (mm). Een stijgende lijn laat een toename in de droogte zien. Bij een dalende lijn is de hoeveelheid neerslag groter dan de verdamping en neemt de droogte gemiddeld over Nederland af. Als het doorlopende tekort op nul uitkomt, wordt de berekening van de grafiek stopgezet, dit in tegenstelling tot de berekening van de geografische weergave van het neerslagoverschot. De berekening van de grafiek wordt hervat indien er weer sprake is van een neerslagtekort.
Achtergrondinformatie doorlopend potentieel neerslagoverschot
Het KNMI houdt niet alleen bij hoeveel neerslag er valt, maar ook hoeveel vocht verdwijnt: de verdamping.
Het KNMI publiceert kaarten van het doorlopend potentieel neerslagoverschot (in millimeters). Het doorlopend potentieel neerslagoverschot wordt verkregen door het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid gevallen neerslag en de berekende referentiegewasverdamping. Dit verschil wordt dagelijks gesommeerd in het tijdvak van 1 april tot en met 30 september. Een negatief getal geeft een tekort aan, een positief getal een overschot. Een kaart met het langjarige gemiddelde (1981-2010) van het neerslagoverschot in het vergelijkbare lopende tijdvak is beschikbaar.
Achtergrond
Het KNMI houdt niet alleen bij hoeveel neerslag er valt, maar ook hoeveel vocht verdwijnt: de verdamping. Uit kale grond verdampt weinig, anders is dat op begroeide terreinen waar plantenwortels vocht onttrekken. De beschikbare hoeveelheid vocht hangt af van het verschil tussen de neerslag en verdamping. Het is niet eenvoudig om de verdamping te meten, omdat ook de planten zelf een rol spelen in het verdampingsproces. Op dagen met hoge temperaturen en veel zonlicht zijn planten in staat hard te groeien en is er veel water nodig. Vlak na regen kunnen planten die groei ook realiseren, maar zodra meer zuigkracht nodig is om water uit de grond op te nemen, wordt de aanvoer van vocht geremd en vermindert de groei. Met de afname van de groei neemt ook de snelheid van de verdamping af.
Het KNMI hanteert het begrip 'referentie-gewasverdamping'. De referentiegewasverdamping is gebaseerd op een rekenmethode en wordt in belangrijke mate bepaald door de hoeveelheid zonnestraling en de temperatuur. Door dagelijks het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid neerslag en de berekende verdamping en vervolgens dit getal te sommeren over het seizoen wordt het 'doorlopend potentieel neerslagoverschot' verkregen.
Het doorlopend potentieel neerslagoverschot is gebaseerd op de neerslagmetingen die dagelijks worden verricht op de KNMI-neerslagstations en de referentiegewasverdamping die wordt berekend voor alle KNMI-stations die zijn uitgerust met een stralingsmeter. De neerslagaftappingen vinden 1 maal daags plaats om 10.00 uur lokale tijd. Waarnemers geven de gegevens daarna zo spoedig mogelijk door via een voice-response systeem. De kaart wordt gedurende de dag enkele malen geactualiseerd op basis van de binnengekomen neerslagaftappingen.
Neerslagtekort / Droogte
Gemiddeld over 13 stations in Nederland wordt gedurende dezelfde periode ( 1 april tot en met 30 september) het neerslagtekort berekend. Een grafiek toont het verloop in de tijd van het gemiddeld neerslagtekort (mm). Een stijgende lijn laat een toename in de droogte zien. Bij een dalende lijn is de hoeveelheid neerslag groter dan de verdamping en neemt de droogte gemiddeld over Nederland af. Als het doorlopende tekort op nul uitkomt, wordt de berekening van de grafiek stopgezet, dit in tegenstelling tot de berekening van de geografische weergave van het neerslagoverschot. De berekening van de grafiek wordt hervat indien er weer sprake is van een neerslagtekort.
Re: Neerslagtekorten2020
Die zouden dynamisch moeten worden. Op momenten dat er veel verdampt veel laten verdampen. En als het gras geel wordt minder laten verdampen want er verdampt dan ook niet veel meer. Wat heb je aan een hoge temperatuur en veel zon als de bladeren van de boom vallen. Dan verdampt er bijna niet meer als
Re: Neerslagtekorten2020
Uitgezonderd 2018 heb ik nog nooit planten zien afsterven. Laat staan dat hele bossen kaal worden door bladverlies.
Met andere worden verdamping komt eigenlijk nooit tot stilstand. Het is in 2018 tentoongesteld dat bij aanhoudende warmte en zonneschijn wel degelijk verdamping doorgaat, anders zou het niet tot sterfte leiden.
Lokaal ligt het soms anders. Een kale onbegroeide akker verliest weinig vocht nadat de toplaag door ploegen is losgemaakt.
Met andere worden verdamping komt eigenlijk nooit tot stilstand. Het is in 2018 tentoongesteld dat bij aanhoudende warmte en zonneschijn wel degelijk verdamping doorgaat, anders zou het niet tot sterfte leiden.
Lokaal ligt het soms anders. Een kale onbegroeide akker verliest weinig vocht nadat de toplaag door ploegen is losgemaakt.
Laatst gewijzigd door John op 15-07-2020 19:29, 1 keer totaal gewijzigd.
Re: Neerslagtekorten2020
Ik schrijf niet dat hele bossen kaal worden. Ik schrijf dat er bladeren vallen. Dat betekent droogte en weinig verdamping.John schreef: ↑15-07-2020 19:24Uitgezonderd 2018 heb ik nog nooit planten zien afsterven. Laat staan dat hele bossen kaal worden door bladverlies.
Met andere worden verdamping komt eigenlijk nooit tot stilstand.
Lokaal ligt het soms anders. Een kale onbegroeide akker verlies weinig vocht nadat de toplaag door ploegen is losgemaakt.
Of herfst
Re: Neerslagtekorten2020
Verdamping is een doorzettend proces dankzij begroeiing. Zomer 2018 liet het goed zien. Aanhoudende zon en warmte leidden tot meer sterfte onder planten. Bij zogenaamd weinig verdamping zou het niet veel uitmaken of zon en warmte zonder regen nog een maand aanhouden. De natuur laat anders zien.Gerben schreef: ↑15-07-2020 19:29Ik schrijf niet dat hele bossen kaal worden. Ik schrijf dat er bladeren vallen. Dat betekent droogte en weinig verdamping.John schreef: ↑15-07-2020 19:24Uitgezonderd 2018 heb ik nog nooit planten zien afsterven. Laat staan dat hele bossen kaal worden door bladverlies.
Met andere worden verdamping komt eigenlijk nooit tot stilstand.
Lokaal ligt het soms anders. Een kale onbegroeide akker verlies weinig vocht nadat de toplaag door ploegen is losgemaakt.
Of herfst
Er gaan heel wat liters water de lucht door één loofboom van volwassen status.
Laatst gewijzigd door John op 15-07-2020 19:34, 1 keer totaal gewijzigd.
Re: Neerslagtekorten2020
Precies, geen water meer en dan verdampt er ook niet veel meer.John schreef: ↑15-07-2020 19:31Verdamping is een doorzettend proces dankzij begroeiing. Zomer 2018 liet het goed zien. Aanhoudende zon en warmte leidden tot meer sterfte onder planten. Bij zogenaamd weinig verdamping zou het niet veel uitmaken of zon en warmte zonder regen nog een maand aanhouden. De natuur laat anders zien.Gerben schreef: ↑15-07-2020 19:29Ik schrijf niet dat hele bossen kaal worden. Ik schrijf dat er bladeren vallen. Dat betekent droogte en weinig verdamping.John schreef: ↑15-07-2020 19:24Uitgezonderd 2018 heb ik nog nooit planten zien afsterven. Laat staan dat hele bossen kaal worden door bladverlies.
Met andere worden verdamping komt eigenlijk nooit tot stilstand.
Lokaal ligt het soms anders. Een kale onbegroeide akker verlies weinig vocht nadat de toplaag door ploegen is losgemaakt.
Of herfst